Ik ben dol op de nieuwe media hoor, maar soms is het toch jammer dat we nooit meer brieven of kaarten schrijven naar elkaar. Hoe moet dat later ooit, stel dat we nog beroemd worden, dan kunnen ze nooit een fijn brievenboek samenstellen zoals The Mitfords: Letter Between Six Sisters, Too Brief A Treat: The Letters of Truman Capote, of Dear Scott, Dearest Zelda: The Love Letters of F. Scott and Zelda Fitzgerald.
Ik kan daar wel eens over wakker liggen (als ik uitgepiekerd ben over al mijn andere problemen). Ik bedoel, wie bewaart al z’n e-mail? Of wie print ze uit, om te lezen en te herlezen? Eén iOS-update en je bent al je apps kwijt, werkelijk briljante onelineruitwisselingen met je beste buds G., M. en S., voor altijd voor de eeuwigheid verloren.
Bij gebrek aan echte brieven in mijn leven lees ik dus maar die van anderen. Twee van mijn favoriete Bekende Brieven heb ik zelfs een paar keer geplagieerd: die van Dorothy Parker (al is dat strikt genomen een telegram) heb ik zeker drie keer gebruikt om een chef te paaien tot het later mogen inleveren van een stuk. En die van Marilyn Monroe is altijd een goede als je echt niet meer weet wat je iemand terug moet schrijven.
Meer inspirerende voorbeelden vind je op het blog Letters of Note, een verzameling epistels en kattebelletjes van mensen als Elizabeth Taylor (over haar verloren poes), Tom Hanks (‘Damn you all to hell!’) en de beroemde Great Sex Letter van Neal Cassady aan zijn vriend Jack Kerouac, die van enorme invloed was op de schrijfstijl van de laatste.
En dan nog even dit: de reactieoptie en de contactpagina doen het inmiddels (als het goed is), dus kom maar door met je mail.
I LIKE!
Ik zie dat ‘incompetant’ en vraag me meteen af of Dorothy Parker veel ruzie maakte met eindredacteuren. Vast wel.
Ik kan me er alles bij voorstellen!